Bart Peeters over het Plaatje.
Omdat
je bloed kruipt waar het niet gaan kan heb ik een
plaatje gemaakt in mijn eigen taal.
Voor mijn veertigste durfde ik dat niet, ik verschool
me liever achter toeters, bellen en de taal van The
Beatles.
Na je veertigste lijkt popmuziek soms wat potsierlijk,
dus had ik mijn elektrische instrumenten weggegeven
aan mijn post-grunge-neefjes.
Op vakantie in Frankrijk met mijn gezin betrapte mijn
vrouw me op kleine akoestische, autobiografische liedjes
in het Vlaams.
Mijn vrouw kon er mee leven.
Ik merkte een gekke paradox; mijn dochters vroegen:
"Papa ga je mee in de zee spelen?" en ik
zei: "Neen, want ik ben een liedje aan het maken
over een papa die met zijn kinderen in de zee gaat
spelen"...
Toen heb ik een idee gejat uit de Bob Dylan-film "Dont
look back". Ik ben helemaal alleen op toer gegaan
in kleine Vlaamse theaters, met een gitaar en soms
zette ik zelfs die aan de kant en vertelde dingen
waardoor de liedjes plots een geheel leken.
Die toer was een meevaller. Het was even afwachten
of iemand zoals ik (een televisiekonijn met een overdosis
aan showbizzatomen) wel de toelating zou krijgen van
de mensen om plots iets helemaal anders te doen. Het
bleek te kunnen, Vlamingen denken niet in hokjes.
Ik koos Ronny Mosuse, die ik al ken sinds The Radios,
als producer.
We maakten "Het
Plaatje Van Bart Peeters". Een moeilijkere
titel had geen zin.
Omdat Ronny en ik nog steeds vinden
dat alle platen moeten proberen te klinken zoals The
Beatles nodigden we in de studio naar hartelust fijne
muzikanten uit. We deden zoveel mogelijk live-takes:
alles tegelijk de plaat op en de strijkers achteraf.
Ronny wilde voorkomen dat ik teveel zou nadenken.
Omdat Het Plaatje goed onthaald
werd ging ik weer op toer.
Maar deze keer met de muzikanten mijner dromen; de
klassieke broers Ivan en Mike Smeulders op bas, accordeon
en piano, de alom gerespecteerde folkmuzikant Geert
Waegeman op viool en mandoline, de bevlogen zanger-percussionist
Piet Van Den Heuvel en de meesterlijke djarbuka-speler
Abdellah Marakchi.
Onze muziek is intiem en akoestisch maar toch kwamen
we ook terecht op grote festivals zoals het jaarlijkse
Amnesty-Festival in Antwerpen en het Brusselse Boterhammen
in de Stad. We mochten zelfs spelen voor tienduizend
enthousiaste mensen op het festival van Dranouter
naast Arno, Flip Kowlier en Daniel Lanois.
Deze zomer doen we weer Amnesty Antwerpen en Marktrock
Leuven.
De bonustracks op de Nederlandse versie vertellen
een beetje hoe we klinken in minder intieme omstandigheden.
Ik besef dat het een erg Vlaams plaatje is, maar Kees
Klomp (topnaam!) van EMI Nederland vond dat niet echt
een probleem; we horen allemaal elke dag liedjes over
wijken in New York die we ook maar kennen van horen
zeggen zei hij.
Ik ben trots dat dit plaatje nu
ook in Nederland uitkomt en ik heb volstrekt geen
idee hoe het bij jullie zal uitpakken maar dat is
niet erg: "Het is dat je Achteraf pas alles
van Tevoren weet"...
Rock & Roll is wat je zelf wil dat het is.
Merci voor uw aandacht.
Bart Peeters
PS:
Ik woon in het dorpje Boechout bij Antwerpen, tot
in de derde kleuterklas woonde ik in Duffel (een vergelijkbaar
dorpje eveneens bij Antwerpen), Libert Vanderkerken
was onze Professor Taalfilosofie aan de Universiteit
van Antwerpen, Sigrid Spruyt is de Vlaamse Sacha de
Boer, Bruno Wyndaele is de Vlaamse Ivo Niehe, Bob
Dylan gaf toelating voor "Prachtig in het Blauw"
en Prince voor "Zeester met Koffie" en "Soms
sneeuwt het in de lente", een nummer dat in deze
vertaling een hommage is aan Robert Mosuse, de zanger
van wijlen The Radios die, in de lente van 2000, op
veel te jonge leeftijd overleed.
|